Alleen groen is niet genoeg
De stad van de toekomst is groen.
Dit is ook de boodschap die Tim van Hattum van de WUR ons bracht tijdens het Urban Insight College op 2 juni. Hierin zette hij het spraakmakende rapport van de WUR NL2120 uiteen. Een toekomstvisie die laat zien hoe groen Nederland kan worden als we landschap, natuur en natuurlijke processen als basis nemen. Geen doembeeld maar een groenbeeld. Ik ben dan ook blij om te merken dat steeds meer gemeenten en bedrijven inzetten op vergroening. Echter, ik zie op veel plekken dat het aangelegde groen niet van meerwaarde zal zijn voor de biodiversiteit. Een gemiste kans!
Groen onderling verbinden
Groen verbindt, maar groen moet ook onderling verbonden worden om echt van toegevoegde waarde te zijn voor biodiversiteit. In de steden liggen uitdagingen om te zorgen voor een stevig groenblauw netwerk. Een netwerk dat zich vanuit de groene hoofdstructuren fijnmazig uitbreidt tot in de wijken en buurten. Zo kunnen we zorgen dat iedereen zijn dagelijkse portie vitamine G(roen) kan krijgen.
Gezondheid en natuur
Steeds meer onderzoeken tonen de positieve werking van onze interactie met natuur aan. Ik vind het fascinerend om te lezen over de werking van natuur op onze hersenen en zelf ook te merken dat het mijn geest leegmaakt en het me vrolijker maakt. Onderzoek toont aan dat de positieve effecten voor onze gezondheid het grootste zijn als we vaker en langere tijd in een natuurlijke omgeving verblijven. Maar ook juist buurtnatuur en groen in de tuin en straat is volgens wetenschappers belangrijk voor ons welzijn, omdat we hier dagelijks mee in aanraking komen.
Maatregelen voor klimaat en biodiversiteit hand in hand
Het verhaal van Tim van Hattum onderstreept ook mijn mening dat klimaatmitigatie (daling CO2), klimaatadaptatie én het herstel van biodiversiteit hand in hand moeten gaan. De urgentie om in actie te komen tegen de afname in biodiversiteit wordt minder gevoeld, maar is minstens zo belangrijk als ons aan te passen aan het veranderende klimaat. Kijk bijvoorbeeld naar de video over de Groenwinsten voor Limburg van onze Sweco-collega’s in België. Ook maakt het wereldwijde evaluatierapport van IPBES (2019) duidelijk dat de natuur en biodiversiteit nooit zo snel op achteruit ging. In Nederland is er net als in andere Europese landen, sprake van enorme afnames van insectenpopulaties. Het World Economic Forum ziet het verlies aan biodiversiteit als één van de drie grootste risico’s voor de wereldeconomie voor de komende 10 jaar. En net als bij klimaat geldt ook voor biodiversiteit: think global, act local.
Natuurinclusieve stad
Om de biodiversiteit in Nederland te herstellen moeten we hard aan de slag in onze natuurgebieden, het agrarisch gebied én in onze steden en dorpen. De bebouwde kom vormt een dynamisch en gevarieerd ecosyteem en een steeds belangrijker leefgebied voor allerlei soorten planten en dieren. Een groene en natuurinclusieve stad staat voor een gezonde, klimaatbestendige, duurzame, levendige en inspirerende stad die door het ecologisch evenwicht ook weerbaarder is tegen plagen zoals die van steekmuggen en eikenprocessierups.
Overal liggen kansen
In mijn visie liggen bij elke ruimtelijke ontwikkeling kansen om biodiversiteit te stimuleren. Dat meer groen in de stad altijd goed is voor biodiversiteit is helaas te kort door de bocht. Door biodiversiteit en natuurinclusief bouwen als volwaardig duurzaamheidsthema aan de voorkant van het proces mee te nemen, kunnen we de juiste keuzes maken die bijdragen aan het herstel van biodiversiteit.
Hoe pak je dit het beste aan? Houd rekening met locatiespecifieke omstandigheden: de historie van het gebied, het omliggende landschap, de abiotische factoren, de aansluiting bij de omgeving en het groenblauwe netwerk, het type beplanting en de herkomst ervan. Zorg vervolgens voor een samenhangend geheel, waarin de groenblauwe ruimte en de natuurinclusieve gebouwen elkaar aanvullen. Houd in een vroeg stadium al rekening met het beheer en onderhoud om zo de (ecologische) kwaliteit op lange termijn te kunnen borgen én betrek de toekomstige gebruiker. Ik ben er van overtuigd dat we zo komen tot een echt duurzame groenblauwe ruimte in de stad, waar zowel mens als dier zich thuis voelt.
Wat is effectief?
Ik zijn al veel goede initiatieven, maar ik zie dat monitoring van de effectiviteit vaak ontbreekt. Terwijl monitoring essentieel is om lessen te trekken en te kunnen bepalen of we doelen halen, of dat het nodig is om tijdig bij te sturen. Zo kan een gemeente de openbare ruimte vergroenen, maar levert het per saldo niks op als er elders weer meer verhard wordt. De vergroeningsopgave kun je objectief monitoren door satellietbeelden te analyseren en met onze Natuurpuntencalculator kun je de ontwikkeling van biodiversiteit in de gaten houden.
Positief over de toekomst
Gelukkig merk ik dat biodiversiteit en natuurinclusief bouwen al steeds vaker gezien worden als volwaardig duurzaamheidsthema. Zo hebben we voor de gemeente Alkmaar de kansen voor vergroenen én biodiversiteit in beeld gebracht en zetten we ons bij de vernieuwing van City West in Nieuwegein in om klimaatadaptatie en biodiversiteit hand in hand te laten gaan. Met een integrale aanpak werken we aan groene, biodiverse steden die gezond, levendig én in balans zijn.
Ik hoop binnenkort weer door de stad naar ons kantoor in Eindhoven te fietsen en dan naast het groen óók te genieten van de kleuren van wilde bloemen en vlinders en het geluid van vogels en zoemende bijen.
Wil je meer weten over dit onderwerp?
Kijk het Urban Insight College met ir. ing. Tim van Hattum van Wageningen University & Research over groen in het toekomstige Nederland terug of lees ons nieuwe Urban Insight Report ‘Neighbourhoods of tomorrow – mastering densification and climate resilience’.
Over de auteur
Gijs Meijer is adviseur Biodiversiteit bij Sweco. Dagelijks zet hij zich in voor het herstel en behoud van biodiversiteit in Nederland. Zijn ambitie is dat in de toekomst bij alle ruimtelijke ontwikkelingen biodiversiteit standaard opgenomen wordt. Zo wil hij zijn steentje bijdragen aan een mooiere en duurzamere wereld.